
Het kruis is niet alleen een foltertuig maar vooral een schandpaal. De kruisiging was bij de Romeinen niet alleen de wreedste, maar ook de schandelijkste straf Zij werd toegepast op slaven en niet-Romeinse booswichten en slechts heel
uitzonderlijk werden ook Romeinse burgers gestraft met de kruisiging. Zij ging gepaard met een voorafgaande verschrikkelijke geseling. Zo verschrikkelijk en onterend was de kruisdood dat de H. Paulus aan de Filippenzen dit toppunt der vernedering moest inscherpen: “Hij heeft zich vernederd door gehoorzaam te worden tot de dood, ja tot de dood aan het kruis”.
Wij bevroeden niet genoeg welk een ergernis het was voor de Joden, welk een dwaasheid voor de heidenen Christus de gekruisigde te belijden en te aanbidden. Christus, de Zoon van God, de bron van alle genaden, is op het schandhout
opgehangen en nog wel tussen twee booswichten, als beladen met de zonden van het ganse mensdom.
Het kruis bestond uit twee balken uit pijnbomenhout de rechte balk. Het opschrift werd op een stuk lat boven de dwarsbalk gespijkerd. Naar Romeins gebruik moest de veroordeelde zelf de dwarsbalk dragen naar de plaats der kruisiging. Immers, na de bloedige en uitputtende geseling waren de beide balken een te zware last geweest.
Waarschijnlijk werd de rechte balk eerst stevig vast in de aarde geplant en werden Jezus’ armen zover mogelijk uitgespreid en op de grond aan de dwarsbalk vastgeklonken. De spijkers werden niet door de handpalmen gedreven, die onder het gewicht zouden doorscheuren, maar tussen de polsbeendertjes met hun sterke gewrichtsbanden. Vervolgens werd de dwarsbalk door de beulen opgelicht en door middel van een inkeping op de rechte balk gevestigd. Eindelijk, werd zonder enige steun, de linkervoet boven de rechter met één nagel vastgespijkerd Bij het doorboren der polsgewrichten raken en verwonden de spijkers de middenzenuw, die dik als een koord hierdoor loopt.
Als men bedenkt wat het betekent een nietig zenuwtje in een tand slechts even en behoedzaam te raken, zal men beseffen wat een ontploffing van pijn de kruisiging moet teweeg brengen in een dergelijke voorname zenuw, die, dik als een koord, blijvend doorboord wordt en waarop bovendien een geweldig gewicht bestendig drukking uitoefent. Dit lijden tart elke verbeelding.
Bovendien, daar de voeten op geen steunbankje rusten, is gans het gewicht van het lichaam aan de beide polsen opgehangen. De spieren der voorarmen vermogen niet zulk een last te torsen en worden tot het uiterste gespannen. Deze ontzettende kramp trekt zich tot de spieren van de armen, de schouders, de borst, en zet zich tot hen uit.
Bindweefsels worden uiteengereten, zenuwen en bloedvaten stuk getrokken. De kramp drukt de bloedvaten plat en belemmert de bloedsomloop, en deze stremming vermeerdert de kramp die zich onverbiddelijk verder uitstrekt. terwijl tot overmaat van leed, het hoofd volkomen koel blijft en het slachtoffer de afgrijselijkste foltering ten volle bewust doorstaat. De spanning der spieren wordt tot het uiterste opgedreven, de longen hijgen, de koorts gaat aan ’t gloeien, het doodszweet breekt uit en de dorst wordt ondraaglijk.
De enig mogelijke verlichting ware een drukking der beide doorboorde voeten op de nagel, maar hieruit ontstaat ogenblikkelijk de meest acute pijn. Geleidelijk verslapt het hart, dat het na drie lange uren onbeschrijflijk lijden tenslotte begeeft en stil valt.
“Consummatum est.”